Meer dan vijf maanden kampte Anass Ahannach met een hardnekkige enkelblessure. Het leidde ertoe dat hij het overgrote deel van de voorbereiding aan zich voorbij moest laten gaan. Een moeilijke periode voor de 21-jarige middenvelder, die in de uitwedstrijd bij Excelsior (4-2 nederlaag) zijn rentree maakte. Dat deed hij met een doelpunt en een assist. ,,Voor mij persoonlijk een heerlijk moment. Het is alleen jammer dat het ons geen punten opleverde.”
Noodlot
Het was april van dit jaar toen het noodlot toesloeg voor Ahannach. Op een alledaagse training kreeg hij een tik op zijn enkel. Hij had last van zowel zijn binnen- als buitenband en kon drie weken lang haast niet lopen. Daarna besloot de gretige Ahannach toch weer met de groep mee te gaan trainen, maar eigenlijk bleef hij kwakkelen met zijn fysieke gestel. ,,Ik had altijd pijn, maar er kwam met de play-offs een belangrijke periode aan voor de club. Daarom bleef ik doorgaan, ik wilde niet opgeven. Daarvoor heb ik dit seizoen de prijs moeten betalen.”
Pas in de vakantieperiode nam hij de broodnodige rust, maar ook die rustperiode bracht niet het gewenste effect. ,,Het ging niet helemaal over. Omdat ik last bleef houden van mijn enkel, ging ik anders lopen. Ik was aan het compenseren, maar dat had tot gevolg dat ik ook last kreeg van mijn lies. Voor mij was dat het signaal dat ik echt even de stekker eruit moest trekken. Een tijdje niets doen, om volledig te herstellen.”
‘Moeilijk besluit’
Dat was overigens geen makkelijke beslissing voor de altijd gemotiveerde Ahannach. ,,Het was een heel moeilijk besluit, want met een nieuwe trainer voor de groep wil je jezelf graag bewijzen. Ik had echter weinig keus, want op zestig procent kun je niet laten zien wat je in je hebt. Inmiddels ben ik weer topfit, maar al met al heeft het toch meer dan vijf maanden geduurd. Ik heb wel het idee dat de coach op de trainingen inmiddels heeft kunnen zien wat voor type speler ik ben en wat ik kan.”
Verdienstelijke rentree
Tegen Excelsior maakte Ahannach zijn rentree en dat deed hij verdienstelijk. Met zijn eerste balcontact – het verlengen van een pass van Niek Vossebelt – stelde hij Shayon Harrison in staat om de aansluitingstreffer op het scorebord te brengen. Even later zou hij zelf ook nog een goal voor zijn rekening nemen. ,,Daar ben ik natuurlijk heel blij mee. Toen ik aan het warmlopen was zei ik al tegen Arsenio Valpoort (voormalig ploeggenoot en tegenwoordig speler van Excelsior red.) dat ik als invaller zou gaan scoren of een doelpunt zou voorbereiden. Dat is allebei gelukt. Voor mij persoonlijk was het daarom een mooie avond. Het is alleen jammer dat de wedstrijd uiteindelijk verloren ging.”
Ik zei al tegen Arsenio Valpoort dat ik zou gaan scoren”
Over zijn eigen ontwikkeling is Ahannach tevreden. ,,Ik ben volwassener geworden in mijn spel, weet beter wanneer ik risico’s kan nemen en wanneer niet. Natuurlijk gaat niet alles goed, maar dat hoort ook een beetje bij mijn speelstijl. Ik leg risico in de passes die ik geef. Dat blijf ik ook doen. Iedereen kan een balletje kaatsen, maar juist dit aspect maakt mij anders dan de rest.”
Hoewel een plek op het middenveld zijn voorkeur heeft, kan Ahannach ook op de flanken uit de voeten. ,,Ik heb in de afgelopen jaren op meerdere posities gespeeld. Dat is goed geweest voor mijn ontwikkeling. Ondanks dat ik vorig seizoen niet zoveel minuten heb mogen maken, denk ik dat ik stappen heb gemaakt. Die lijn wil ik doortrekken.”
‘Basisplaats veroveren’
De creatieve middenvelder denkt dat hij belangrijk kan zijn voor de huidige ploeg. ,,Ik kom nu langzaam terug en heb als eerste doel om basisspeler te worden. Daar ga ik hard voor werken. Als dat lukt, komt de rest vanzelf wel. Ik ben momenteel vooral blij dat ik na die lange periode van blessureleed weer op het veld sta en echt onderdeel ben van de groep. Daar doe je het als voetballer immers voor.”
Ahannach is ervan overtuigd dat Almere City FC deze voetbaljaargang hoge ogen kan gooien. ,,Absoluut, want we hebben een goede spelersgroep. Ik denk dat we er ten opzichte van vorig seizoen sterker op zijn geworden, maar we moeten de balans nog vinden in hoe we moeten spelen. Daardoor loopt het nu nog wat stroef en dat vergt wat tijd. Toch denk ik dat wij aan het einde van de rit heel hoog zullen staan. Wij hebben er de selectie voor om het ver te schoppen”, besluit Ahannach.
Foto: Ron Baltus, www.sportshots.pro